main_pic


Voor de analyse van steek en naad typen die worden gebruikt bij de fabricage van genaaide artikelen, is een duidelijk begrip van de gebruikte termen essentieel. Dit is belangrijk voor o.a. inkoopfunctionarissen, kledingfabrikanten, machinefabrikanten, studenten en anderen. Een nieuwe standaardnomenclatuur, met beschrijvingen van steektypen en een systeem van identificatiesymbolen wordt weergegeven in de internationale norm ISO 4915. Voor de classificatie van naadtypen wordt verwezen naar ISO 4916.

Onderstaande informatie is enkel bedoeld om het onderscheid tussen naad en stikbeelden duidelijk te maken, en een inzicht te geven in het voormalig referentiekader. Ze is bijgevolg onvolledig en de identificaties van zowel naad als stikbeeld zijn achterhaald.

De internationale normen kunnen worden aangekocht bij ISO of via het nationaal normalisatie instituut.








STIKSEL : Dmv een opeenvolging van steken een versiering en/of zijkant van het materiaal(*) af te werken.
(*) dit materiaal kan uit een of meer lagen materiaal bestaan)

Twee stikselklasses : Aangeduid met twee hoofdletters:

OS (Ornamental stitching) sierstiksel - en - EF (Edge finishing) Kantafwerking


Meerdere stikseltypes:
Binnen elke klasse wordt het stikseltype aangegeven door een of meer kleine letters.
Het aantal variaties van stikseltypes is vrijwel onbeperkt.

Het aantal rijen steken wordt aangegeven door een cijfer, voorafgegaan door "-"
Voorbeelden van stikseltypes ...






NAAD : Dmv een opeenvolging van steken twee of meer lagen materiaal verbinden.

Vier naadklasses :Aangeduid met twee hoofdletters:

SS (Superimposed Seam) Stapelnaad - en - LS (Lapped Seam) Overlapnaad

    
BS (Bounded Seam) Gebonden naad - en - FS (Flat Seam) Platte naad

    
Elke naadklasse is weer onderverdeeld in naadtypen.
Het naadtype wordt aangegeven door een of meer kleine letters.

Voorbeelden van naadtypes ...





Terug